Bida’h
Het hoogste doel in het leven van de Moslim is het genoegen van Allah de Verhevene te bereiken. Dergelijk genoegen kan niet worden bereikt als wij Zijn bevelen niet naleven. Het is onmogelijk voor mensen om te weten hoe Allah (swt) tevreden te stellen zonder een Boodschapper die hen vertelt hoe hem te aanbidden. Daarom moeten wij de bevelen van Allah zonder toevoeging of vermindering naleven. Nochtans, hebben Moslims inderdaad de bodem van intellectueel verval bereikt, wat betekent dat Moslims uiterst onwetend zijn van hun Deen. Derhalve voegde zij dingen aan hun Deen toe en verwijderden (anderen), zonder het te realiseren. Hun handelingen van verering zijn verontreinigd met Bida’as. Het is deze term waarop wij ons hier hebben willen richten.
Taalkundig, betekent het woord Bida’ah iets te verzinnen wat geen voorgang heeft. Het woord dat er het dichtst bij komt in de Nederlandse taal is ‘innovatie’. Het woord Bida’ah is gebruikt in vele ahadeeth. Sommige van deze ahadeeth verbieden ons het uitoefenen van elke Bida’ah en waarschuwen ons ervoor. Bovengenoemd heeft Profeet (saw) gezegd;
“Wees gewaarschuwd voor innovaties” {Ibn Maja}
Hij (saw) heeft ook gezegd;
“Elke innovatie is Bida’ah en elke Bida’ah is een afdwaling (Dalalah) en elke afdwaling is in het hellevuur” {Moslim}
Hoewel deze hadeeth duidelijk het woord Bida’ah vermeldt, specificeert het niet de Shariah betekenis van deze term. De volgende hadeeth wijst duidelijker naar de betekenis. De profeet (saw) heeft gezegd;
“Elke kwestie die niet onze goedkeuring (bevel) heeft wordt verworpen.” {Bukhari}
Deze hadeeth vertelt ons dat elke kwestie, ongeacht zijn concept, door de shariah moet worden goedgekeurd. Anders moet het worden verworpen en mag het niet worden gevolgd of (aan)genomen worden.
Nochtans, technisch gezien, zijn er kwesties waar deze hadeeth op van toepassing is maar welke niet gecategoriseerd worden als Bida’ah. Met andere woorden, is het Haram om deze handelingen te verrichten, maar technisch vallen zij niet onder de categorie van Bida’ah. Met andere woorden, worden deze kwesties die Islam niet bracht verworpen, en Haram om te volgen maar ze vallen niet onder de categorie van Bida’ah. Neem bijvoorbeeld contracten. Elke soort contract dat niet aan de voorwaarden voldoet die de Shari’ah heeft gespecificeerd is ongeldig. Aldus, heeft elke persoon die betrokken is bij een dergelijk contract Haram begaan, hoewel de handeling geen Bida’ah is, het is een Harame handeling. Aan de andere kant, als iemand het Maghrib salaah wil bidden in twee Raka’at in plaats van drie, dan is een Bida’ah begaan. Het bovengenoemde voorbeeld is een Bida’ah in een handeling welke reeds in de Shari’ah bestaat. Ook is de manier om deze handeling te ondernemen voor ons vastgesteld en gespecificeerd door de Shari’ah. Met andere woorden, komt Bida’ah in Ibadah (verering) voor. Zoals Shatibi zijn boek al-itisam zegt, p37;
“Bida’ah, is dan de verzonnen methode in de kwesties van de Deen om de Shari’ah (methode) aan te passen. Het doel van deze vernieuwde methode is hetzelfde te verwezenlijken als wat de Shari’ah methode verwezenlijkte.”
Daarom is de persoon die bijvoorbeeld Zina begaat iemand die Haram, maar niet Bida’ah, begaat. Dit is toe te schrijven aan het feit dat Zina ten eerste niet een deel van de Deen
is en daarom zou het begaan van een dergelijke handeling onder de categorie van Haram, niet de categorie van Bida’ah vallen. Gelijkaardig het oproepen tot Kufr ideeën, zoals nationalisme, democratie en andere ideeën van vrijheden. Zij zijn Bida’ah ideeën, maar geen Kufr.
Om terug komen op het voorbeeld van Zina, welke handeling is er in Zina die werd gedaan welke geen voorganger heeft? En hetzelfde wat betreft contracten en andere aspecten van Islam. Maar wanneer wij verering bekijken, vinden wij dat er een verschil is. Ibadah, zoals salah, zakah, Jihad, haj enz., wordt aan ons gegeven door Allah om te wijzen op een relatie. Deze relatie tussen Allah en Zijn slaven is die welke hun dankbaarheid, trouw, eerbied en liefde wil uitdrukken. Dit is een relatie waarmee mensen niets van doen hebben (wat betreft ordening). Zij kunnen zich zijn betekenis niet realiseren, buiten dat het een vorm van verering is welke hun Schepper voor hen heeft vast gesteld en tezelfdertijd de diepe overtuiging dat Allah niets doet of beveelt wat zonder betekenis is. Dus, is het een relatie waar de mensen het ‘ zijn’ van de andere betrokken partij niet begrijpen, hoewel zij het bestaan van de derde begrijpen. Dit is strijdig met de andere relaties die mensen hebben, die met zichzelf of met anderen. Geen wonder dat deze verhouding speciaal is, welke de mensen moeten vervullen zoals het tot hen kwam zonder enige veranderingen of uitbreidingen of creativiteit. Dit betekent niet dat andere regels van Islam voor wijzigingen en of uitbreidingen vatbaar zijn.
Daarom moeten de mensen deze verhouding gedetailleerd (aan)nemen met onderwerping en deze details volgen. Zij moeten niet redenen trachten te verzinnen. Zodoende vinden wij een regel die de handelingen van verering specificeert als Tawqifiyah d.w.z. ‘genomen zoals het is’. Wanneer iemand deze handelingen van Ibadah op om het even welke manier veranderd heeft hij/zij Bida’ah begaan.
Op dit punt moeten wij begrijpen dat de handelingen van verering aan ons worden gegeven in de Quran en de Sunnah. Zoals een bevel in de Quran aanbidding van ons aan Allah vereist, verrichten wij aanbidding. Onafhankelijk of dit bevel algemeen is, specifiek, beperkt of anders, dienovereenkomstig voeren wij het uit. Bijvoorbeeld, zegt Allah in de Qur’ aan;
“Daarom, gedenkt mij.” [Al-Baqarah; ayah 152]
In deze Ayah geeft Allah ons opdracht hem te gedenken zonder ons de specifieke verwoording, de situatie, het formaat, of de positie van gedenking te vertellen. Het is een algemene verklaring zonder enige beperkingen. Dus, als de mensen gedenken tijdens slechte of goede tijden, individueel of in groepen, stand of zittend, de verwoording in de goddelijke teksten of andere gebruikend, de handen geheven of niet, word niet Bida’ah genoemd. Nochtans, als de persoon verkiest om op te heffen tijdens duaa’ vanwege de vele ahadith waarin de Boodschapper zijn handen opheft tijdens het uitvoeren van duaa, dan moet deze persoon hen op de manier opheffen waarop de Profeet het deed. Als hij hen op een verschillende manier opheft, begaat die persoon Bida’ah omdat hij een nieuwe methode in de Deen uitvond. Ook, kan men niet zeggen dat het Bida’ah is om te gedenken na Salaah in een groep waar de Imam hardop duaa doet en anderen Ameen zeggen. Dit is omdat een dergelijke handeling in de algemene orde van gedenking inbegrepen is. Nochtans, als deze duaa’ als deel van gebed wordt gemaakt, dan is dat een handeling van Bida’ah omdat het een toevoeging in de Deen, d.w.z. een nieuwe methode in Deen.
Het punt is dat wij aan de tekst moeten vastklampen. Als de tekst algemeen is, dan is alles wat er onder valt toegestaan tenzij er een Daleel is om het te specificeren.
Een ander punt om in gedachten te houden is dat Bida’ah is, wat haram is. Er zijn geen goede Bida’ah of slechte. Zij die tussen hen onderscheiden verwijzen naar de uitspraak van Omar (ra) toen hij zijn mensen verzamelde om de rakaat van Taraweeh te bidden dat het ‘goede Bida’ah’ (Bida’ah Hasanah) was. De vraag die opkomt is of Omar (ra) een Bida’ah begaat in zijn doen? Inderdaad niet. Het feit van de kwestie is dat Sahaba, evenals de Ummah werden geadviseerd om Taraweeh te bidden, wat niets dan een nachtelijk gebed is. De Profeet (saw) heeft het enkele keren gezamenlijk in de moskee gebeden maar voornamelijk thuis, uit angst dat mensen het als verplichting zouden gaan zien. Omar (ra) vroeg de mensen om de Rakaat gezamenlijk te bidden in de moskee, niet voor een nieuwe manier van verering maar als een Shari’ ah toegestane manier om de moskees druk bezocht te houden. Eerder, volgde hij het bevel dat lang voordien bestond. Het andere punt in dit opzicht is hoe de Sahaba met de Bida’ah akkoord konden gaan? Dat is onmogelijk. Sahaba waarvan wij de Quran en de Shariah kregen konden nooit met een handeling van ongehoorzaamheid of een Bida’ah akkoord gaan. Zij worden door Allah en zijn Profeet (saw) vrijgepleit van samenzwering in valsheid. Wat betreft de verklaring zelf die Omar (ra) uitte, werd het gezegd in de taalkundige betekenis, niet in Shariah betekenis.
Moslims moeten Islam zorgvuldig en nauwkeurig bestuderen opdat hen aanbidden is op de manier die Allah tevredenstelt, zonder het vallen in de val van Bida’ah, waarlijk “elke Bida’ah is Dalalah en elke Dalalah is in het hellevuur.”
Bron: http://www.al-haqq.nl/index.php?option=com_content&task=view&id=59&Itemid=51