Zakat el fitr
Az zakat al fitr wordt beschreven in een hadith overgeleverd van ‘Abdoellah ibn ‘Oemar (ra), die zei: De Boodschapper van Allah (saw) verklaarde zakat al fitr verplicht voor de mensen aan het einde van Ramadan. Één sa’a dadels of één sa’a gerst voor iedere moslim, jong of oud, man of vrouw, vrij of slaaf. (Boechari, Moeslim)
Een sa’a is een volumemaat en is gelijk aan het volume van ongeveer vijf pond graan (vier handen vol van een man met handen van gemiddelde grootte).
Een meerderheid van geleerden van mening is dat de betaling van zakat al fitr een plicht is, en dit is eveneens onze mening. Het is een plicht op iedere moslim omdat in de hadith wordt gezegd “iedere vrije man of slaaf, man of vrouw, van onder de moslim“. Dit betekent ook dat de zakat al fitr ook verschuldigd is voor kinderen die nog niet de staat van volwassenheid bereikt hebben, evenals voor de mensen die niet bij hun verstand zijn.
Voor wat betreft degene die de zakat al fitr moet betalen, volgens Imaam Malik en Imaam Sjaafi’i rust de plicht tot betaling op degene die verantwoordelijk is voor het onderhoud van mensen. Volgens hen is de plicht tot betalen gebaseerd op verantwoordelijkheid voor onderhoud. Dit betekent dat volgens hen een vader verantwoordelijk is voor de betaling van de zakat al fitr op zijn eigen persoon, op zijn echtgenote(s), op zijn niet-volwassen kinderen (tenzij zij over rijkdom beschikken waardoor zij de zakat al fitr zelf kunnen betalen), en op eenieder ander voor wiens onderhoud hij verantwoordelijk is. Imaam Aboe Hanifa verschilt met hen van mening omdat volgens hem de plicht tot betaling rust op degene die verantwoordelijk is in termen van voogdijschap, niet in termen van onderhoud. Het gevolg hiervan is dat volgens imaam Aboe Hanifa de echtgenote(s) verantwoordelijk is(/zijn) voor de betaling van haar(/hun) eigen zakat al fitr en dat haar echtgenoot niet verantwoordelijk is om de zakat al fitr op haar(/hun) te betalen. Want de echtgenoot is wel verantwoordelijk voor het onderhoud van zijn echtgenote(s), maar hij is niet haar(/hun) voogd. Ook volgens Imaam Aboe Hanifa, echter, is een vader verantwoordelijk voor de betaling van de zakat al fitr op zijn niet-volwassen kinderen (tenzij zij over rijkdom beschikken waardoor zij de zakat al fitr zelf kunnen betalen) en op eenieder ander voor wiens onderhoud hij verantwoordelijk is.
Als voorwaarde voor de plicht tot betaling van de zakat al fitr wordt door de imaams gezegd dat de persoon het verschuldigde bedrag over moet hebben. Dat wil zeggen, indien hij over meer geld beschikt dan noodzakelijk is om degenen voor wiens onderhoud hij verantwoordelijk is te onderhouden voor een dag en een nacht, dan is er op hem de plicht om de zakat al fitr te betalen. Dit is van toepassing op bijna al de mensen, zelfs de mensen die recht hebben om zakat te ontvangen omdat zij arm zijn. Imaam Aboe Hanifa, daarentegen, zegt dat de plicht niet van toepassing is op degenen die rechtmatige ontvangers van zakat zijn.
Alhoewel de hadieth die de plicht tot betaling van zakat al fitr een specifieke hoeveelheid (sa’a) van enkele specifieke goederen (dadels, gerst) aangeeft, leren we uit de consensus (Idjma’a) van de Sahaba dat het ook toegestaan is om de waarde van deze hoeveelheid dadels of gerst te betalen op andere manieren, zoals middels goud of geld. Dit was ook de mening van Ibn Taymiyya.
Enkele verdere oordelen omtrent de zakat al fitr kunnen uitgelegd worden door zakat al fitr te vergelijken met de zakat al mal. De zakat al mal is de zakat die wordt geheven over het bezit van de moslim. Indien dit bezit een bepaalde waarde te boven gaat, dan is de moslim verplicht om jaarlijks 2.5% van deze waarde in zakat te betalen. Het maakt niet uit op welk moment van het jaar deze zakat al mal betaald wordt.
De zakat al fitr, daarentegen, is een heffing op de persoon. Het te betalen bedrag is ook niet een percentage van het bezit, maar het is een vastgesteld bedrag. En, de zakat al fitr moet betaald worden tijdens Ramadan voor de verrichting van ‘Eid al Fitr gebed. Van Ibn ‘Abbaas (ra) is overgeleverd: De Profeet (saw) gebood zakat al fitr zodat degenen die vasten gezuiverd worden van hun zondes en zodat de armen en de behoeftigen in staat worden gesteld om (de bevrediging van) hun basisbehoeften (eten, kleding, et cetera) te organiseren. Derhalve is de sadaqa die wordt gegeven voor het ‘Eid-gebed de echte sadaqa (oftewel zakat al fitr), en als iemand het uitstelt en geeft naderhand dan zal zijn sadaqa een gewone sadaqa zijn. (Aboe Dawoed en Ibn Maadja)
Een overeenkomst tussen zakat al mal en zakat al fitr is dat beiden betaald moeten worden aan de Islamitische Staat, en dat de Islamitische Staat het geld moet geven aan één van de acht categorieën die Allah (swt) bepaald heeft als rechtmatige ontvangers van zakat:
“De zakat is alleen voor de armen en de behoeftigen en voor degenen die werkzaam zijn (in de ontvangstane en verdeling van de zakat) en voor degenen wier hart verzoend is en voor de slaven en voor degenen die schuld hebben en voor de zaak van Allah en voor de reiziger: dit is een gebod van Allah. En Allah is Alwetend, Alwijs.” (Zie de betaling van de betekenissen van de Koran, soera At Tauba 9, vers 60)
Ten slotte, Een sa’a dadels of gerst is een hoeveelheid voedsel die volstaat om een persoon mee te voeden voor één dag, en derhalve is het een goede richtlijn om het te betalen bedrag voor zakat al fitr vast te stellen door te kijken naar wat nodig is om een persoon een dag te voeden. Voor Nederland en België lijkt een bedrag tussen 10 en 15 euro daarom meest correct.