DE FUNDAMENTEN VAN HET GELOOF Hoofdstuk 1.
De betekenis van de Geloofsgetuigenis (De twee getuigenissen)
Het is een verplichting voor alle verantwoordelijke mensen om in de Islam te treden en er constant in te blijven, zich houdend aan zijn wetten. Één van de verplichtingen is het kennen en geloven in alle opzichten en het onmiddellijk uitspreken als de persoon ongelovig is, of anders in het gebed, van de twee getuigenissen: Esjhedoe ella ilahe illallah,we esjhedoe enne Moehammeder-rasoeloellah.
Dit betekent:
Ik getuig dat er geen andere God bestaat dan Allah en ik getuig dat MoehammedZijn Boodschapper is.
De betekenis van “Esjhedoe ella ilahe illallah” is:
Ik weet, ik geloof in mijn hart en ik verklaar met mijn mond dat niemand anders de aanbidding verdient dan Allah, de Enige (El-Wahid), de Ondeelbare (El-Ahad), Degene Die geen begin heeft (el-Awwal), de Eeuwige (El-Qadiem), de Levende (El-Hayy), Degene Die geen eind heeft (El-Qayyoem), de Oneindige (Ed-Da’im), de Schepper (El-Galiq), Degene Die de schepselen levensonderhoud geeft (Er-Raziq), de Alwetende (El-^Alim), de Almachtige(El-Qadier), Degene Die doet wat Hij wil, d.w.z. wat Allah heeft gewild zal gebeuren en watAllah niet heeft gewild zal niet gebeuren. Zonder de bescherming van Allah kan niemand het vermijden om zonden te begaan en niemand is in staat om Allah gehoorzaam te zijn zonder Zijn hulp. Allah is Degene Die totale perfectie als eigenschap heeft, die Hem waardig is, Degene Die vrij is van alle imperfectie.
Niets is zoals Allah en Hij is de Alhorende, de Alziende.Het Bestaan van Allah heeft geen begin, maar al het verdere bestaan heeft een begin. Hij is de Schepper en alles behalve Hij is geschapen. Dus ieder schepsel dat bestaat, of het nu een substantie is of een daad, van een stofdeeltje tot aan de Troon (el-^Arsj), iedere beweging, alle onbeweeglijkheid, de intenties en de ideeën die in de gedachten komen van de schepselen van Allah, dit alles is door Allah geschapen. Niets en niemand anders dan Allah heeft de Kracht om te scheppen, dus ook niet de natuur of de oorzaken. Dingen worden bestaand door Allah’s eeuwige Wil, Macht en Zijn Lotsbestemming en in overeenstemming met Zijn Eeuwige Kennis, zoals het is genoemd in de Qoer’an:
Hij heeft alles geschapen
Dit houdt in dat Hij alles uit het niets heeft laten bestaan. Dus het scheppen, met deze betekenis, geldt alleen voor Allah.
Er bestaat geen andere Schepper dan Allah. Imam en-Nesefieyy heeft gezegd: “Als een persoon een glas slaat met een steen en het breekt, dan zijn de slag, het feit van het breken en de staat van gebroken zijn van het glas, geschapen door Allah”.
Dus de persoon heeft slechts de verkrijging van de daad (el-kesb). Allah is de enige Die schept.
Iedere persoon zal beloond worden door Allah voor de goede daden die hij heeft verkregen en zal verantwoordelijk worden gesteld voor de zonden die hij heeft verkregen.
Het is onmogelijk dat Zijn Spraak een begin heeft net zoals al Zijn Eigenschappen, want het is onmogelijk dat Hij imperfect is. Hij is niet zoals de schepsels, niet Hijzelf (adh-Dhat), noch Zijn Eigenschappen en noch Zijn Daden. Hij is vrij van de ongepaste eigenschappen die sommigen aan Hem toeschrijven.
Samenvattend wat hiervoor is genoemd, het is bevestigd dat Allah ta^ala dertien eigenschappen heeft die herhaaldelijk worden genoemd in de Qoer’an, of letterlijk of door hun betekenis te geven. Dit zijn: het Bestaan (el-Woedjoed)de Eenheid (el-Wahdanieyyah)de Eeuwigheid, dat wil zeggen, het is onmogelijk dat Zijn Bestaan een begin heeft (el-Qidem, el-Èzèliyyeh)de Oneindigheid, dat wil zeggen, het is onmogelijk dat Zijn Bestaan een eind heeft (el-Baqa’)het niet nodig hebben van anderen (el-Qiyamoe bin-Nefs)de Macht (el-Qoedrah)de Wil (el-Iradèh)de Kennis (el-^Ilm)het Horen (es-Sema^)het Zien (el-Basar)het Leven (el-Hayat)de Spraak (el-Kelam)het niet lijken op de schepping (al-Moechalefetoe lil-hawadith). Omdat deze eigenschappen veelvuldig genoemd zijn in de Qoer’an en in de profetische overleveringen (ahadieth) hebben de geleerden gezegd dat het een persoonlijke verplichting (fard ^ayn) is om ze te kennen. Aangezien het Bestaan van Allah ta^ala zonder begin is, zijn al Zijn eigenschappen zonder begin, want een geschapen eigenschap eist dat degene die deze eigenschap heeft, zelf ook geschapen is.